Ze stond stil, het was volle maan waardoor het kerkhof ruimtelijk goed zichtbaar was door het licht dat eroverheen werd geschenen. Haar ogen gleden rustig, kalm over de grafstenen en tussen de bomen door. Het was stil, voor jan alleman was het waarschijnlijk akelig stil, een stilte waarbij automatisch de rillingen over je rug gingen, maar voor de vrouw die er stond was deze rust een heerlijke rust waarbij ze zichzelf kon vinden en kon nadenken. Er kwam een speelse lach op haar gezicht terwijl ze haar armen plots door de lucht heen zwaaide als een klein kind. Met overdreve en langzame stappen gooide ze haar benen omstebeurd in de lucht wat je kon vergelijken met het marcheren van soldaten, alleen dan behoorlijk overdreven. Haar armen hingen horizontaal in de lucht, terwijl er een speels gezicht van een klein meisje te zien was. Ze begon te springen, rondjes te draaien en de nuriën met een duister hoog stemmtje. Ze giechelde, een akelige, kakelend giecheldje. Na een paar laatste huppeltjes stond ze weer stil, lichtelijk heigend en met een vrolijke grijns op haar gezicht. Als je naar haar gelaat keek zou ze lichtelijk bang woorden, aangezien haar gezicht erbij stond alsof ze mentaal geschift was. Naja, je kon natuurlijk niet zeggen dat ze 100% was, maar dat terzijde. Ze keek even om zich heen, zich afvragend bij welke rij grafstenen ze was beland. Ze had niet kunnen slapen, had momenteel geen - waarschijnlijk - komend slachtoffer dus ze had ook geen persoon om 's nachts te verassen. Haar speeltjes hadden een tijdje rust, voordat ze een volgende uitzocht. Haar ogen keken naar de datums op de stenen en naar de namen. Ze liep met een frons op haar gezicht naar een grafsteen die een paar meter verderop stond. Ze zakte door haar benen en ging op haar knieën zitten, waarna ze met haar hand het stof en het mos van het grafsteen afhaalde. Er kwam een vermaakte grijns op haar gezicht, een akelig glimlachje en haar hoofd hing ietsjes schuin terwijl ze de naam las. 'Hmm, jou herinner ik me nog,' sprak ze fluisterend met een heldere stem naar het stukje steen. 'Leuke nachten met jou gehad, slechte adem, leuk speeltje,' somde ze het met ze zelfde toon op alsof het een gebruiksvoorwerp was. Naja, in haar ogen was hij dat wel. Ze draaide zich met een groot gebaar om en ging met haar rug tegen het grafsteen zitten. Ze plukte naast haar wat aan het gras, gooide een paar bloemen aan de kant die in de weg lagen en ging ontspannen zitten. 'Ja, duurde wel een tijdje voordat ik na jou een nieuwe had. Werd opeens een stuk moeilijker,' sprak ze bedenkelijk tegen het dode persoon alsof het naast haar zat. Haar handen plukte aan het gras terwijl haar gezicht opgeheven naar de maan keek. Bedenkelijk dacht ze aan de komende dagen, waar ze eens langs zou gaan. Vaak vond ze haar slachttoffers bij toeval, hoewel ze wel een bepaald soort typ altijd had. Die verachtelijke mannen met hun grijze pakken en hun statige houdingen. Vooral die oudere waren afschuwelijk, hoewel de jongere ook zo hun irritante trekjes.